zaterdag 13 april 2013

Bitcoin: ik pleit voor een "Kopernikaanse Revolutie"

Lezer Lieven probeerde me bij de jongste post over Bitcoin (1) een paar dingen te vertellen die ik nog niet wist. Met de Paasvakantie die er tussen kwam is de kans groot dat de conversatie alweer in de geschiedenis wegglijdt, dus ik kom er maar eens op terug. Bovendien vang ik, pas terug van een week aan zee, op dat Bitcoin na al die dagen van opgewonden gekwetter over de stijging net gecrashed is. Ik kan alvast zeggen dat ik daar niet verbaasd om ben, zoals je kan zien aan mijn Tweet van 4 april:



Anderzijds haast ik me te zeggen dat ik evenmin als wie dan ook wist of, en wanneer de bubble zou barsten (beetje standaard in de financiële markten, maar soit). Hoe dan ook, in mijn reactie op Lieven, enkele dagen geleden, ging mijn onderbewustzijn met mij op de loop, en beviel van de volgende opmerking: mijn interesse in Bitcoin is altijd nul geweest, tot het moment dat me opviel dat we nu (hopelijk) beschikken over een techniek (en meer niet, werkelijk meer niet dan een techniek) om een idee van Friedrich Hayek te realizeren. Ergo, zoals je mij niet zag zeggen dat de stijging van Bitcoin ook maar iets bewees over de waarde van het idee (en wel integendeel), zo zie je me niet beweren dat de crash iets bewijst over de waardeloosheid ervan. Wel integendeel.

Het punt is, ik vind dat we moeten ophouden met het gedrag waarbij de ene al begint te kwijlen als het goud eens omhoog gaat (want nu zal ein - de - lijk bewezen worden wat hij al jaren van de daken probeert te schreeuwen), en de andere hetzelfde doet met Bitcoin. Het gaat helemaal niet om goud of Bitcoin. Het gaat wel om dat idee van Friedrich Hayek.

Dat idee was dat een muntsysteem, gebaseerd op vertrouwen in de overheid, een quasi lachwekkend idee is. Tot het punt dat Hayek dat nog slechter vond dan een geldsysteem, gebaseerd op een goudstandaard - wat hij alleen maar een slecht idee vond. Een veel beter idee, dacht Hayek, was een geldsysteem dat gebaseerd was op vrije marktpartijen. Want zoals slechte, of te dure restaurants hun klanten zullen verliezen aan de concurrentie (en het nettoresultaat is dat restaurants er belang bij hebben goede restaurants te zijn), zullen diverse concurrerende uitgevers van geldmiddelen er belang bij hebben goed geld uit te geven. Sterk gesimplifiëerd zal dat er op neerkomen dat het geld moet zijn dat zijn waarde niet verliest omdat er teveel van wordt uitgegeven: dat is waar heel het liberale spectrum van de politieke wereld steeds weer op wijst. Maar waar Hayek ook op wijst, en waar hij ook van de andere kant van het politieke spectrum, tot en met Paul Krugman (1) (lap, weer een "dom" als score...) gelijk in krijgt, is dat het ook een bruikbaar geld moet zijn, in de zin dat het moet circuleren, als betaalmiddel, en als rekeneenheid. Het feit dat goud alleen maar de functie van behoud van waarde vervult was precies wat Hayek zelf als een probleem aanzag (2).

En dus, in de mate dat allerlei mensen juichten dat Bitcoin heel erg goed op goud geleek, had goud precies hetzelfde probleem dat Hayek al over goud schreef. Sta me toe het citaat nogmaals (3) mee te geven:

"(...) gold coins might at first prove the most popular. But this very fact, the increasing demand for gold, would probably lead to such a rise (and perhaps also violent fluctuations) of the price of gold that, though it might still be widely used for hoarding, it would soon cease to be convenient as the unit for business transactions and accounting." Hayek, Denationalisation of Money, chapter XXV, §1.

Dus hier is mijn voorstel tot "Kopernikaanse Revolutie" (een inzicht waarbij iets dat altijd als het centrum van het universum werd aanzien ineens verhuist naar de periferie. In het geval van Kopernikus was dat de planeet Aarde. In het geval van Bitcoin...) Vergeet "goud", of "Bitcoin", of alle andere "barbaric relics" en vormen van middeleeuws denken, dat je doet denken dat "geld" iets tastbaars moet zijn. Ver - geet - het, hoewel heel veel mensen het blijven denken omdat simpele ideeën nu eenmaal een grote aantrekkingskracht hebben. Niet voor het eerst kan ik signaleren dat Hayek het letterlijk tegendeel schreef van wat veel mensen zich daarover inbeelden:

"I have always found it helpful to explain to students that it has been rather a misfortune that we describe money by a noun, and that it would be more helpful for the explanation of monetary phenomena if "money" were an adjective describing a property which different things could possess to varying degrees." Hayek, Denationalisation of Money, chapter X, §1.

In de plaats daarvan - en dit in volle overeenstemming met de ideeën van Hayek zelf - moeten we geld-heid zien als een eigenschap die juist los staat van de vraag uit welk object het bestaat, en haar functioneren aan iets heel anders dan de materiële vorm dankt, onder andere (4) aan bruikbaarheid als betaalmiddel. Daarmee verschuift goud van het centrum van de belangstelling naar de periferie; waar het ooit een bescheiden rol heeft gespeeld, omdat het gemakkelijk bewaart en relatief gemakkelijk deelbaar is, en dus de rol van "store of value" en in mindere mate berekenbaarheid op zich kan nemen. Maar goud heeft ook die gigantische nadelen die ieder die het horen wil over heel het spectrum kan te weten komen; van Hayek tot Krugman; of denk aan Fernand Braudel, die ons ook al vertelde dat "de geschiedenis leert" dat goud helemaal niet goed werkt (4). In de plaats daarvan moet geen materiaal voorwerp het centrum van de  monetaire filosofie worden, maar wel een eigenschap; een concept. Goud was daar een zwakke uitdrukking van; papiergeld uitgegeven door een staat was daar een nog zwakkere uitdrukking van, en papiergeld uitgegeven door vrije marktpartijen waren daar een nog steeds te zwakke uitdrukking van.

Bitcoin, tenslotte, in zijn huidige vorm, lijkt veel te goed op goud om veel hoop op verbetering te geven. Maar bitcoin, als uitdrukking van het concept, als manier om dat concept in de werkelijkheid uit te drukken, kan best wel degelijk bruikbaar blijven als we dat middeleeuws denken opgeven waarbij we het zoals het is als centrum beschouwen. De vraag is dus niet wat Bitcoin (of goud, of papiergeld) wel of niet is, maar wat het concept wel of niet is. En de vraag is hoe we allerlei technieken, zoals goud, zoals papiergeld, zoals Bitcoin,... zo kunnen hanteren dat het tot een beter geldsysteem leidt. De voor- en nadelen van Bitcoin beginnen stilaan bekend te worden. De ideeën van Hayek zijn gemakkelijk toegankelijk, een paar klikken op een site als Amazon. Zullen we een computer nodig hebben om één en één bij elkaar op te tellen?

--------------------------------------
(1) http://speelsmaarserieus.blogspot.be/2013/04/libertariers-of-iets-dergelijks-weer.html
(2) http://speelsmaarserieus.blogspot.be/2013/03/bitcoin-en-friedrich-hayek.html
(3) http://speelsmaarserieus.blogspot.be/2013/04/bitcoin-hoera-het-stijgt-hoewel.html
(4) Of zelfs "in de eerste plaats!"; zie Denationalisation of Money, chapter X, §4 eerste voetnoot
(5) http://speelsmaarserieus.blogspot.be/2011/11/wat-de-geschiedenis-leert-over-geld.html

2 opmerkingen:

Axxyaan zei

Op radio klare was er het voorbije weekend een uitzending waar ze het op een gegeven moment over alternatieve munten hadden. Eén idee was gebaseerd op beloften. Je kon bv op papier de belofte doen om van een tuin van 20 m² het gras te maaien. Dat papier kon dan doorgegeven worden als betaal middel tot het eventueel terug bij jou terechtkwam omdat iemand inderdaad graag had dat je zijn gras kwam maaien.

Koen Robeys zei

In feite is geld *altijd* gebaseerd op beloften, of zoals veel vaker uitgedrukt: op vertrouwen. Immers, of het nu een goudstuk is, of een briefje papier, of een schelp, of een kerf in een stok; er wordt iets gegeven voor iets anders, in het vertrouwen dat je dat "iets anders" uiteindelijk weer zal kunnen inruilen voor nog iets anders - dat laatste weer bier of graan of een huis, enzovoort.

Maar het beloftenverhaal zet ons wel op weg naar één mogelijk eerste stadium van geld. In den beginne, dus, was er "krediet": de beloften waarvan je praat. Maar krediet geldt maar binnen een heel beperkte kring van mensen die elkaar kennen. Waarom zouden Yawamoto, Lin Chi, Nguzo Dongo of Torquenada veel vertrouwen hechten aan mijn belofte om gras af te maaien? Om geld universeler te maken moet het ook abstracter worden: en dat is waar goud een rol in te spelen heeft, zoals in andere stadia van de geschiedenis schelpen een rol gespeeld hebben, en staatspapier in nog andere fasen. Het draait allemaal om de belofte dat niet zozeer de één of andere uitgever een heel precieze tegenprestatie zal leveren, maar de belofte dat ergens in "de" economie "iemand", en wel om het even wie, om het even welke prestatie die je op dat moment nodig hebt zal leveren.

En dan kan je je wel eens afvragen waarom wij, mensen, zoveel vertrouwen hechten aan briefjes waarop (hou je vast) *politiekers* hun handtekening hebben gezet, of stukjes geel metaal waarvan de enige waarde afhangt van de vraag of een volgende zot er nog altijd iets voor zal willen (en kunnen) geven.

Maar aan de andere kant, als het allemaal zo'n idioot systeem was, hoe kan de levensverwachting dan de hele menselijke geschiedenis (zeg: 6000 jaar) bij de 20 jaar gezeten hebben, en 250 jaar na de Industriële Revolutie bezig zijn door de 80 jaar te breken?